Een jaar lang heb ik gespaard, heb ik elk extraatje opzij gelegd. Mijn Nikon camera heeft na meer dan 7 jaar zijn dienst bewezen. Meer dan dat zelfs. Echt altijd en overal ging hij mee. Altijd hing hij aan m’ nek of had ik ‘m in mijn handen. Hij was mijn beste vriend, mijn maatje waar ik zoveel tijd mee doorbracht. In alle stilte in mijn tuin of de schone momenten met mijn gezin. Meer dan eens heeft hij me tot tranen toe beroerd. Het was dan ook niet evident om op zoek te gaan naar een evenwaardige vervanger. Ik ben er niet beschaamd over om te zeggen dat we het financieel niet breed hebben. We hebben nog nooit een boterham minder moeten eten, maar extraatjes zoals een nieuwe camera daar moet ik voor sparen. En dat deed ik. Een jaar lang. Bij elke euro dat in mijn potje ging speelde de twijfel. Ga ik voor een uitdaging en kies ik de Fujifilm of blijf ik bij mijn vertrouwde merk Nikon. Het nodige bedrag lag klaar en toch bleef ik twijfelen en durfde ik de stap niet nemen. Maanden had ik ernaar uitgekeken. Om betere en mooiere foto’s te kunnen maken, om te kunnen experimenteren met de mogelijkheden van een nieuwe camera en mijn kunnen.
Ik las referenties, vroeg raad en op een ochtend maakte ik de klik en ging de Fujifilm XT20 kit bestellen. Misselijk van de zenuwen en slapeloze nachten. Wat als ik de verkeerde keuze had gemaakt? Want deze camera moet ook jaren meegaan.
Ik vertrouwde erop dat het geen impulsieve maar weloverwogen aankoop was. En dat het wel in orde zou komen.
Fotograferen is mijn eerste grote passie die ik met veel liefde combineer met mijn Fleur d’Ellemieke. Met mijn spiegelreflex fotografeerde ik altijd manueel en speelde ik met sluitertijd en diafragma. Dat leerde ik vanuit mijn buikgevoel. Technisch gezien heb ik veel te weinig kennis. Maar al doende leert men. Met vallen en opstaan. Ik heb 1 analoge camera en 2 spiegelreflexcamera’s van Nikon gehad op de 20 jaar dat ik fotografeer. Dat is zorg dragen voor je materiaal en een band opbouwen. Door nu te kiezen voor een ander merk én een andere manier van foto’s maken komt me even duur te staan. Het is alsof mijn brein er niks van snapt en mijn buikgevoel me volledig in de steek laat. Ik heb er geen connectie mee, het fotograferen verloopt niet zoals ik had gedroomd en het resultaat nog minder. Dat is zeker niet te wijten aan de capaciteiten van de camera, maar aan de mijne.
De eerste weken stak de camera sneller terug in mijn tas dan ik een poging ondernam. Ik was zo teleurgesteld in mezelf en mijn vertrouwen dat ik er alleen nog maar kon om huilen. Zo lang gespaard en van gedroomd. Het is alsof de handleiding onleesbaar is en de knoppen en instellingen onhandelbaar.
En dat is zo confronterend. Ik durf er al eens mee lachen dat er sinds de reanimatie iets achtergebleven is uit mijn brein. Maar op momenten als deze is dat ook werkelijk zo. Het is alsof mijn verstand de nieuwe impulsen niet verwerkt krijgen.
Het vraagt tijd, veel tijd en geduld. Maar paniek en onzekerheid neemt het dan over. Van nog amper fotograferen ben ik opnieuw overgeschakeld op mijn oude Nikon. Of loop ik te sleuren met de twee camera’s. Om toch weer naar dat oude vertrouwde te grijpen.
Soms heb ik een shot onder mijn kont nodig en die mogen jullie me gerust geven. Indien iemand me kan helpen om de basis uit te leggen, dan mag dat zeker ook! Ik ben vooral op zoek naar dat stukje vertrouwen. In mijn nieuwe relatie met de XT-20 en mezelf.
Dat ik net ontdekte dat ik de foto’s van mijn camera via WiFi naar mijn iPhone kan sturen is al een begin. Dat het me ook nog lukte een streepje meer! Bij deze dus, rechtstreeks uit mijn Fujifilm; de eerste beelden vanuit Zeeland!